Dominee G.J.A. Veening

Dominee Veening heeft per januari 2022 de Protestantse Gemeente verlaten.

 

Even voorstellen

Sinds 10 oktober 2010 ben ik als gemeentepredikant verbonden aan de Protestantse Gemeente te Borne. Ik ben verbonden aan de sector Noord en ga voor in de Oude Kerk en een aantal keren per jaar in de Kapel van het Dijkhuis. Als predikant leer ik steeds meer mensen kennen en ook raak ik langzaamaan bekend met allerlei Twentse gewoontes. Ik voel me hier thuis, als Groninger in Twenteland.

Wat mij raakt

Als predikant vind ik pastoraat erg belangrijk, het contact met mensen spreekt me aan. Zeker als dat contact te maken heeft met (levens)vragen of geloofsvragen. Maar ook het alledaagse contact ervaar ik als waardevol en meestal als prettig.

Begonnen bij Leger des Heils

legerdesheils-schildAls kind ben ik opgegroeid in Musselkanaal en Ter Apel. Vijf jaar lang ben ik, als kind en jongere, betrokken geweest bij het Leger des Heils. Ik had in die tijd plannen om heilsofficier te worden. Gaandeweg begon ik me echter steeds minder thuis te voelen bij het leger en ging ik weer terug naar de Nederlandse Hervormde kerk.

Kerkelijke jeugd: fabriek wordt kerk

helmIn Ter Apel ben ik als jongere actief geweest in de kerkelijke gemeente. In die tijd (eind jaren ’70) was de Kapelgemeente, waar ik toen lid van was, toe aan een nieuwe kerk. Men heeft toen een fabriek omgebouwd tot kerk en dat voor een zeer groot deel met vrijwilligers gedaan. Ik vond het leuk om daaraan mee te doen, ik heb in die tijd heel wat sloopwerk verricht. Het opbouwwerk liet ik graag aan andere, vakbekwamere, vrijwilligers over. (Er was ook een aannemer bij, die heeft ongeveer 30 % van de werkzaamheden verricht).

Basis ineens gelegd

Daarnaast deed ik volop mee aan het jeugdwerk en kwam de gedachte bij me boven om predikant te worden (ik had me al opgegeven voor de studie wis- en natuurkunde, vlak voor het eindexamen kwam de “wisseling”).
Toen ik studeerde in Groningen, leerde ik mijn vrouw kennen. Dinie en ik zijn in 1981 getrouwd. We kregen drie kinderen, die al een tijdje “het huis” uit zijn. We hebben vijf kleinkinderen.

Alles wat nodig is

stro-schoof-bundle-1299167_960_720Als predikant heb ik gewerkt in Hall, in Wormer, in Eibergen en in Haren. In mijn predikantswerk vind ik het pastoraat erg belangrijk maar ook ga ik graag voor in kerkdiensten. Ik vind het een uitdaging om kerkdiensten zo te organiseren dat zo veel mogelijk mensen er iets in kunnen vinden. Jong en oud, gelovig en minder gelovig (wie bepaalt dat overigens?) zouden zich thuis moeten voelen in onze kerken. Als het op een bepaald moment nodig is om daarvoor wat andere vormen te gebruiken dan we meestal gewend zijn, dan schrik ik daarvoor niet terug (moet de kerk vol met stro, we doen het).

Zo ga ik dieper

grieks-alfa-omega-bijbel-downloadBij de voorbereiding van kerkdiensten streef ik ernaar om de lezingen ook te lezen in de grondtalen, het Grieks, Hebreeuws en een enkele keer in het Aramees. Het lezen van die teksten in die talen is voor mij een hulpmiddel om diepere lagen in de teksten te zien. Ik kom er op die manier dichterbij. Dan kan de tekst “door mij heen gaan” en kom ik tot een verhaal. En ik vind de bijbel op die manier nog steeds een fantastisch actueel boek.

Soms moet je slopen…

Ik noem mezelf oecumenisch, ik sta open voor andere tradities, ook voor tradities buiten het christendom. Voor mijn gevoel kun je in deze tijd ook niet meer om andere godsdiensten heen. Misschien wel leuk om op te merken, dat ik met betrekking tot het Hindoeïsme vooral de godin Sjiva interessant vind. Sjiva is onder andere een sloopgod. Soms moet je eerst iets slopen voordat je iets op kunt bouwen. Zou dat te maken hebben met mijn sloopactiviteiten in Ter Apel? Overigens heb ik een paar jaar geleden (2012) ook weer de nodige sloopervaring gekregen bij de aanpassing van de pastorie aan de Deldensestraat.

Buiten mijn werk om vind ik het leuk om te fietsen en het oplossen van het cryptogram in Trouw.